De situatie m.b.t. het plan voor het voeren van een rechtszaak


De VGVA heeft vanaf haar oprichting voortdurend bij de werkgevers geprotesteerd tegen het eenzijdig beëindigen van de toeslagenregeling op de ingegane pensioenen. Omdat de werkgevers alleen afwijzend reageerden zonder geldige argumenten is in januari 2018 namens de VGVA een vordering aan de werkgevers gestuurd van 18,5 miljoen door het advocaten bureau bvza. Ook die brief is afwijzend beantwoord namens de werkgevers zonder onderbouwing of overtuigende argumenten namens de werkgevers door de advocaten van de werkgevers (de kantoren  Jones Day en HVG).


De VGVA wilde deze kwestie daarom graag aan de rechter voorleggen, maar omdat dit niet uit eigen middelen bekostigd kon worden zijn we een wervingsactie gestart om hiervoor procesfinanciering te verkrijgen op basis van no cure no pay. In ruil voor een percentage van de opbrengst konden de proceskosten dan worden voorgeschoten door de financier. Helaas hebben we de minimumgrens voor de omvang van de vordering niet gehaald en kregen we in januari 2020 het bericht dat geen financiering zal worden verleend.


Uitzicht op een uitspraak door de rechter en het verkrijgen van toeslagen op onze pensioenen is hiermee helaas een stuk verder uit beeld gekomen. Maar we zullen als bestuur toch blijven protesteren bij de werkgevers tegen het beeindigen van de toeslagenregeling. De afspraken met de werkgevers met betrekking tot de betaling van de pensioenpremie zijn vele jaren geschonden zonder dat de deelnemers daarvan op de hoogte waren. Dit is zeker ook van invloed geweest op de noodzaak het Alcan Pensioenfonds ingaande 2012 te liquideren. Toeslag verlening vanuit het pensioenfonds werd op die datum ook beeindigt.

De gepensioneerden zijn nog wel 6 jaar vanuit het liquidatieoverschot geindexeerd. Maar dat heeft het ontbreken van compensatie in daaraan voorafgaande jaren niet kunnen compenseren.


We zullen blijven we zoeken naar een mogelijkheid de werkgevers te overtuigen dat dit onacceptabel is.